Sociale partners pleiten unaniem voor de bescherming van het inkomen van IGO-gerechtigden met een handicap
Vandaag zijn de inkomensvervangende tegemoetkoming (IVT) en de integratietegemoetkoming (IT), die beide door de federale overheid worden toegekend aan mensen met een handicap, al vrijgesteld bij de berekening van de IGO.
"Maar in het kader van de zesde staatshervorming en de overdracht van bevoegdheden aan de regionale overheden, zijn de nieuwe uitkeringen die door hen, ter vervanging van de tegemoetkoming voor hulp aan bejaarden (THAB), zijn ingevoerd, niet specifiek als vrijgestelde inkomsten opgenomen in het Koninklijk Besluit over de IGO. Zonder een aanpassing zou de wettelijke basis voor de vrijstelling van uitkeringen voor ouderen met een handicap die al van een laag inkomen moeten leven, onzeker blijven", zegt Karine Lalieux, die een corrigerend Koninklijk Besluit heeft opgesteld om dit risico te vermijden.
Dit koninklijk besluit stelt nu ook de tegemoetkomingen vrij die door de regionale overheden aan personen met een handicapworden toegekend, namelijk de ‘allocation pour personnes âgées’ in het Brussels Gewest en Wallonië, het ‘zorgbudget voor ouderen met een zorgnood’ in Vlaanderen en het ‘pflegegeld’in de Duitstalige Gemeenschap. Het stelt ook alle toekomstige nieuwe uitkeringen voor personen met een handicap vrij.
Deze maatregel is een van de acties uit het Federaal Actieplan Handicap (2021-2024), dat bij het begin van de legislatuur door de federale regering werd goedgekeurd.
"Het unanieme advies van het Beheerscomité van de FPD bevestigt het belang van het Koninklijk Besluit dat ik voorleg. Door de huidige uitkeringen van de regionale overhedenen alle toekomstige uitkeringen vrij te stellen, zullen we de personen met een handicap dieeen IGO ontvangen, nog beter beschermen door hen een waardige levensstandaard en meer koopkracht te garanderen."
Ter herinnering: 111.002 ouderen metbeperkte middelen ontvangen momenteel eeninkomensgarantie voor ouderen (IGO) om hun inkomen aan te vullen. Alleenstaanden die van minder dan 1.519,01 euro per maand moeten rondkomen, ontvangen een IGO waarmee ze dit bedrag kunnen bereiken. Voor samenwonenden is dit bedrag 1.012,67 euro per maand. Aan het einde van deze legislatuurzal het brutobedrag 1.032,97 euro zijn voor samenwonenden en 1.549,45 euro voor alleenstaanden, een stijging van 34% ten opzichte van september 2020.