Nieuwe verhoging op 1 juli voor minimumpensioenen en laagste uitkeringen.

Het minimumpensioen, het leefloon, het vervangingsinkomen voor personen met een handicap en IGO-uitkeringen stijgen met 2% op donderdag 1 juli. Dat komt door het akkoord rond welvaartsenveloppe tussen de sociale partners. “Dit is nu al de tweede stijging sinds het begin van deze legislatuur bovenop de eerder aangekondigde andere verhogingen”, stelt minister Karine Lalieux.

"De minimumpensioenen en laagste uitkeringen werden al met 2,6% verhoogd op 1  januari 2021. Tot 2024 stijgt dit telkens op 1 januari. In amper 10 maanden tijd gaan ze dus met 4,6% omhoog. En dit is nog maar het begin, want we zullen, zoals beloofd, doorgaan met het ondersteunen van degenen die het het meest nodig hebben”, benadrukt Karine Lalieux. 

Ter herinnering, de federale regering besliste om het bedrag van de minimumpensioenen, het leefloon, de IVT en IGO-uitkering geleidelijk te verhogen tot 2024.

“Al deze uitkeringen zullen tegen het einde van de legislatuur met meer dan 20% zijn gestegen, indexering en welvaartsvastheid inbegrepen. Het is gewoon historisch! In totaal gaat dit over meer dan een miljoen mensen: 700.000 mensen met een minimumpensioen, 115.000 mensen met een IGO-uitkering, 170.000 mensen met een leefloon en 126.000 IVT’ers.”    

Pensioenen en sociale uitkeringen omhoog

Naast de verhogingen voor mensen in een situatie van werkloosheid of ziekte, zullen de pensioenen en sociale uitkeringen verschillende malen omhoog gaan in 2021 en 2022. Dit komt door het akkoord rond de welvaartsenveloppe: 

• Pensioenen:

-    +2% voor de minimumpensioenen van 1 juli 2021;
-    +2% voor pensioenen die 5 jaar geleden zijn ingegaan;
-    +1,2% voor pensioenen die zijn ingegaan vóór 2006;
-    + 2% van het minimum recht per jaar aan pensioen vanaf 1 ste januari 2022;
-    Verhoging vakantiegeld voor alle gepensioneerden met 3,8% (2,7% in 2022).

• Bijstandsuitkeringen

-    +2% voor het leefloon en inkomensvervangende tegemoetkoming vanaf 1 juli 2021 
-    +2% IGO-uitkering van 1 juli 2021 

Een versterkte koopkracht

Met de steun van de sociale partners versterkt de federale regering zo op duurzame wijze de koopkracht bij de meest kwetsbaren.
 

Concreet: 

• Minimumpensioen 

Op 1 september 2020 ontving een alleenstaande gepensioneerde na een volledige loopbaan als werknemer een bedrag van 1,291.69 euro per maand. Door de eerste stijging van 1 januari 2021 werd dat 1,325.92 euro per maand. Dankzij de welvaartsenveloppe wordt dit nu 1352,44 euro vanaf 1 juli.   
 
Op 1 september 2020, bij een gepensioneerde met gezin was het minimumpensioen na een volledige loopbaan als werknemer 1614,10 euro. Dankzij de stijging op 1 januari 2021 steeg dit tot 1656,88 euro. Door de welvaartsenveloppe gaat dit nu tot 1690,01 euro op 1 juli 2021.

• Bij de IGO-uitkering zijn de bedragen als volgt 

Basisbedrag (voor samenwonenden/gehuwden): Van 769,61 euro in 2020, ging dit tot 789,47 euro op 1 januari 2021. Dankzij de welvaartsenveloppe stijgt dit basisbedrag tot 805,25 euro op 1  juli. 
 
Verhoogd basisbedrag (voor alleenstaande): Van 1154,41 euro in 2020, steeg het bedrag tot 1184,20 euro op 1 januari 2021. Dankzij de welvaartsenveloppe bedraagt het basisbedrag 1,207.88 euro vanaf 1 juli 2021. 

• Leefloon en inkomensvervangende tegemoetkoming

Een alleenstaande moeder had 1295,91 euro leefloon in 2020. Na de stijging op 1 januari 2021, ging dit bedrag tot 1330,74 euro per maand. Op 1 juli loopt dit dankzij de welvaartsenveloppe op tot 1.357,36 euro per maand. 
 
Voor alleenstaanden, lag de inkomensvervangende tegemoetkoming op 958,91 euro in 2020, op 984,68 euro op 1  januari 2021 en ligt ze vanaf 1 juli 2021 op 1.004.37 euro.
 

Alle informatie over deze verhogingen is beschikbaar op de website van de Federale Pensioendienst, de POD Maatschappelijke Integratie en de DG Personen met een Handicap van de FOD Sociale Zekerheid.