De pensioenbonus wordt van kracht op 1 juli 2024
Voor de minister is het essentieel om de beslissingen die in het kader van het akkoord van juli 2023 werden genomen, snel uit te voeren.
"De pensioenbonus kan op veel belangstelling rekenen, wat het stimulerende effect van deze maatregel bevestigt. Met de inwerkingtreding van de regeling op 1 juli 2024, minder dan een jaar na de beslissing door het kernkabinet, bevestigt de regering haar ambities om werknemers zo snel mogelijk te laten profiteren van de progressieve bonus", zegt Karine Lalieux.
De eerste bonussen zullen beschikbaar zijn voor mensen die vanaf 1 januari 2025 met pensioen gaan. Om hiervoor in aanmerking te komen, moeten gepensioneerden bewijzen dat ze, na de datum waarop ze vervroegd met pensioen konden, nog ten minste 6 maanden hebben gewerkt.
Ter herinnering, het bedrag van de pensioenbonus is progressief en kan worden opgebouwd over maximaal 3 jaar. Het bedraagt 3.775 euro voor het eerste extra jaar dat gewerkt wordt na de vervroegde pensioendatum, 7.550 euro voor het tweede extra jaar en ten slotte 11.325 euro voor het derde opeenvolgende jaar, d.w.z. een totaalbedrag van 22.650 euro over drie jaar.
Op aandringen van de minister van Pensioenen zullen werknemers met een lange loopbaan, die dus heel vroeg aan hun carrière begonnen zijn, een hogere bonus krijgen.
Karine Lalieux: "Wie 43 of zelfs 44 jaar, heel vaak in zwaardere beroepen, heeft moeten werken om toegang te krijgen tot het vervroegd pensioen en besluit om nog een, twee of drie jaar te werken, kan rekenen op een extra stimulans. We geven hen, vanaf het eerste extra gewerkte jaar, meteen het bedrag van 11.325 euro per jaar. Dit betekent dat deze werknemers na 3 jaar recht hebben op een bonus van 33.975 euro netto!”
De bonus zal standaard worden uitgekeerd in de vorm van een eenmalige betaling tijdens de eerste maanden na het opnemen van het pensioen. Maar gepensioneerden zullen er ook voor kunnen kiezen om de bonus in de vorm van een maandelijkse rente te ontvangen.
De bonus wordt beschikbaar in de drie stelsels: werknemers, zelfstandigen en ambtenaren. “Ook al kunnen sommige mensen, zoals leerkrachten, vroeger met pensioen gaan omdat ze een zwaar beroep uitoefenen, toch zullen zij recht hebben op dezelfde bonus als andere werknemers als ze hun loopbaan voortzetten. Dit is ten opzichte van het akkoord van juli een belangrijke beslissing voor deze beroepscategorieën, die essentieel zijn voor onze samenleving".
Aandacht voor zelfstandigen en kunstenaars bij de berekening van de effectieve loopbaan
De nieuwe voorwaarde van effectief werk om toegang te krijgen tot het minimumpensioen vereist ook verduidelijking over hoe uitzonderlijke situaties in aanmerking zullen worden genomen, in het bijzonder voor zelfstandigen en voor mensen die onder het nieuwe kunstwerkstatuut vallen.
Voor kunstenaars is het namelijk moeilijker om te voldoen aan de voorwaarde van 5000 dagen effectief werk dan voor werknemers in andere sectoren. "We houden rekening met deze realiteit en stellen een oplossing voor. We passen een verhogingscoëfficiënt van 1,42 toe voor alle dagen die kunstwerkers effectief hebben gewerkt, met inbegrip van de dagen die via de cachetregel worden omgerekend".
Voor de zelfstandigen, waarbij de activiteiten tijdens de Covid-crisis aanzienlijk vertraagd werden, hebben de minister en de regering beslist om de periodes van vrijstelling van bijdragen die verband houden met de crisis tussen 2020 en 2022 als effectief werk te beschouwen.
Eerste fase in de uitvoering van de pensioenhervorming
"De goedkeuring in eerste lezing van het voorontwerp over de pensioenhervorming is een belangrijke stap in de uitvoering van alle genomen beslissingen om de ongelijkheden te verminderen, het creëren en behouden van jobs te ondersteunen en een grotere solidariteit tussen hoge en lage pensioenen te bereiken", zegt Karine Lalieux.
Naast de bonus, neemt het voorontwerp de maatregelen over die zijn overeengekomen in het akkoord van juli 2023, waaronder:
- Een opwaardering van deeltijds werk bij de berekening van het pensioen.
- Een bovengrens voor de perequatie van de hoogste pensioenen bij ambtenaren.
- De invoering van een voorwaarde van effectief werk voor toegang tot het minimumpensioen, waaraan een lijst is toegevoegd van verlofperiodes die als effectief werk worden beschouwd (moederschaps- en vaderschapsverlof, borstvoedingsverlof, pleegouderverlof, thematisch verlof, tijdskrediet voor palliatieve zorg, voor de zorg voor een gehandicapt kind, preventieve werkverwijdering, tijdelijke werkloosheid, enz.)