Persbericht

Begroting 2022 – Hervorming overgangsuitkering om jonge weduwen en weduwnaars beter te ondersteunen

De overgangsuitkering zal worden uitgebreid om beter rekening te houden met de behoeften van jonge weduwen en weduwnaars, maakt minister van Pensioenen Karine Lalieux vrijdag bekend. Ook wordt er een gegarandeerd minimumbedrag ingevoerd. Vandaag krijg je die uitkering tot de leeftijd van 48 jaar.

“Het verlies van je echtgenoot mag niet leiden tot een vorm van onzekerheid voor zij die achterblijven. Via het laatste begrotingsconclaaf trekt de regering nu 7 miljoen euro uit om jonge weduwen en weduwnaars bij werknemers of ambtenaren, en hun kinderen, te ondersteunen. Dit doen we door de hervorming van de overgangsuitkering", verduidelijkt minister Lalieux.

De overgangsuitkering wordt verlengd in de tijd. Ongeveer 1.300 mensen per jaar ontvangen ze nu, waarvan meer dan 80% vrouwen. Dat betekent het volgende:

  • Van 12 naar 18 maanden voor een persoon zonder kinderen
  • Van 24 naar 36 maanden voor een persoon met een of meer kinderen ouder dan 13 jaar
  • Van 24 naar 48 maanden voor een persoon met een kind onder de 13 of een kind met een handicap.

Daarnaast wordt een minimumbedrag van 1.383 euro per maand (voor een volledige loopbaan) ingevoerd, zoals dat al bestaat bij het weduwenpensioen.

“Tegenwoordig ontvangt een derde van de ontvangers van een overgangsuitkering minder dan 1.000 euro per maand. De verhoging en verlening zal zo de begunstigden geruststellen en hen behoeden voor bepaalde onzekerheden. Na een overlijden moeten de nabestaanden de best mogelijke ondersteuning krijgen. De overheid moet daarbij aan hun zijde staan ​​in deze moeilijke tijd."

De hervorming van de transitievergoeding zal vanaf 1 oktober 2021 geldig zijn voor alle begunstigden. Deze uitkering kan je cumuleren met beroeps- en/of vervangingsinkomsten.

Een begroting die de pensioenen niet vergeet.

Naast de hervorming van de overgangsuitkering maakt het kabinet-Lalieux ook bekend dat er 29 miljoen euro aan investeringen uitgetrokken worden voor de verdere digitalisering van de dienstverlening van de Federale Pensioendienst.

“Burgers moeten toegang hebben tot correcte en regelmatig bijgewerkte informatie, gemakkelijk toegankelijk en begrijpelijk voor iedereen. Zo kunnen ze anticiperen op hun pensioenen om hun verdere loopbaan evenwichtig te organiseren. Samen met de administratie werken we aan de verdere ontwikkeling van de websites mypension.be en pensionstat.be. Maar dat neemt niet weg dat de burger steeds contact kan opnemen met de pensioendienst, zij het telefonisch of via een pensioenpunt. Dat blijft een van de pijlers van een kwaliteitsvolle openbare dienstverlening.”

Dit komt bovenop de 432 miljoen euro die eerder vrij werd gemaakt binnen de begroting 2021 en 2022 voor de verhoging van het minimumpensioen. Deze geleidelijke verhoging, waardoor gepensioneerden in 2024 een minimumpensioen van 1.500 euro netto zullen hebben bij voor een volledige loopbaan (45 jaar), is gegarandeerd via een totaalbudget van 1,2 miljard euro.