Personen met een handicap hoeven niet langer tot hun 21e te wachten om te profiteren van een inkomensvervangende - en een integratietegemoetkoming
Mensen met een handicap hoeven niet langer te wachten tot hun 21ste om een inkomensvervangende tegemoetkoming (IVT) of een integratietegemoetkoming (IT) te krijgen. Op voorstel van de minister bevoegd voor Personen met een beperking, Karine Lalieux, keurde de ministerraad vrijdag het wetsvoorstel goed, waarbij het leeftijdscriterium voor deze tegemoetkomingen voor personen met een handicap op 18 jaar werd vastgelegd.
Het besluit is een reactie op het vonnis van 9 juli 2020 door het Grondwettelijk Hof waarin wordt gesteld dat het leeftijdscriterium van 21 niet langer relevant is. Dit komt door de wijziging die in 1990 werd doorgevoerd als leeftijd voor burgerlijke meerderjarigheid waardoor het in strijd is met de Grondwet.
"De geldende leeftijd voor toegang tot tegemoetkomingen voor personen met een handicap werd sinds 1987 nooit aangepast!”, haalt Karine Lalieux aan.
Inmiddels werd de wettelijke meerderjarigheid verlaagd naar 18 en werd de toegang tot diverse rechten, waaronder bijvoorbeeld dat op maatschappelijke integratie, dienovereenkomstig aangepast. “Maar voor personen met een handicap bleef de wet op 21 jaar staan. Op hun 18e zijn ze net zoals alle andere volwassenen. Het is tijd voor een mentaliteitsswitch en personen met een handicap te laten profiteren van dezelfde kansen in onze samenleving."
De aanpassing van dit leeftijdscriterium gaat in met terugwerkende kracht tot 1 augustus 2020 en komt ten goede aan ongeveer 10.000 mensen per jaar. Dit vergt een budgettaire inspanning van 56,2 miljoen euro.
Alle personen met een handicap die sindsdien 18 zijn geworden, kunnen van dit recht genieten – zodra de wet bekrachtigd wordt. Het wetsvoorstel zal volgende week in de Kamer worden ingediend.